Podiumplek
Erfurt – De ‘groten’ stonden plots voor hem in de rij. Om hem de hand te schudden. Te feliciteren. De familie Veldkamp stond erbij en keek er glunderend naar. Die gekke André Vreugdenhil naar het Europees allround kampioenschap in Erfurt komen om een stabiel toernooi te rijden. Om zich, als het allemaal heel erg mee zou zitten, eventueel te plaatsen voor het wereld-kampioenschap straks in Heerenveen. En dan zomaar opeens op het podium staan. Brons op de 500 meter, tweede zelfs na twee afstanden. “Lachen”, bulderde de Westlander. “Dit is gewoon te gek, 37,15 op de sprint, een nieuw Belgisch record, een medaille, als debutant, wie had dat nou verwacht? Niemand”. Toch droomde Vreugdenhil stilletjes al dagen van zo’n uitschieter. En toen zijn Russische ploeggenoot Kibalko tijdens het ontbijt ijskoud tegen hem zei ‘Jij wordt derde op de 500 meter, achter Andersen en Breuer’, lag hij er zelfs wakker van. ‘”Lul toch niet zo stom joh’, zei ik tegen hem, maar ik bleef er aan denken. En die mafkees kreeg nog helemaal gelijk ook”. Dat André Vreugdenhil een sterke jongen is, was bekend. Dat hij aanleg voor het schaatsen had ook. Niet voor niets werd hij in 1997 op het WK voor junioren tweede, achter Jelmer Beulenkamp. Maar daarna verdween hij weer in de anonimiteit. Vreugdenhil kwijnde weg bij Rintje Ritsma, zocht zijn heil in de ploeg van Luud Augustinus, maar telkens weer waren er blessures of ander ongemak.
Hij droomde pas weer zijn oude dromen van schaatsgoud, toen hij terug ging naar de basis. Naar Hans en Bart Veldkamp, naar de familie die hem vroeger, als kind, op de Haagse Uithof leerde schaatsen. De sporter uit Honselersdijk, die in de tuin van zijn vader een prachtig krachthonk heeft gebouwd, volgde in het internationale Wehkamp-team de weg van Bart. Hij werd schaatsbelg, mocht meedoen aan de World Cup-wedstrijden, internationale ervaring opdoen. Het EK moest zijn hoogtepunt worden. En kon na één afstand dus al niet meer kapot. “We hadden heel stilletjes gehoopt dat hij een uitschieter zou hebben en op de sprint de eerste vijf zou halen”, zei Bart Veldkamp. “Hij is het hele seizoen al de meest stabiele en beste sprinter van ons team. Maar wat hij nou heeft gedaan, is natuurlijk wel héél erg leuk”.
Inhaalrace
De routinier gunde het zijn 24-jarige ploeggenoot van harte. Ook al was hij zelf met 38,96 niet verder gekomen dan de vijfentwintigste plaats. Een plek, die we van de Hagenaar op de 500 meter kennen. Meestal begint hij daarna aan een indrukwekkende inhaalrace, die hem bij het EK vorig jaar (tweede) in Baselga di Piné op een haar de titel opleverde. Zover zal het nu niet komen weet Veldkamp zeker, al liet hij op de vijf kilometer (derde achter Verheijen en Uytdehaage) zien dat hij de weg naar boven weer heeft ingeslagen. “Op buitenbanen kun je op de tien kilometer nog wel eens een halve minuut goed maken, in overdekte hallen als hier in Erfurt niet. Bovendien staat mijn hele seizoen in het teken van de Olympische Spelen”. Voor André Vreugdenhil is dat laatste niet het geval. Hoewel hij op een Belgische licentie schaatst, heeft hij, in tegenstelling tot Bart Veldkamp, nog geen Belgisch paspoort. Het is ook niet de verwachting dat dat er nog voor de Olympische Spelen gaat komen. “Ik heb dat in elk geval uit mijn hoofd gezet”, zei Vreugdenhil gisteren. “Het is zinloos om me daar nog druk over te maken. Dat kost alleen maar energie, die ik beter op het ijs kan gebruiken. Lukt het alsnog met dat paspoort, dan zien we dan wel weer verder. Voorlopig was dit EK mijn hoofddoel dit seizoen”. Wat niet weg neemt dat het brons van gisteren naar meer smaakt. De ambities van Vreugdenhil zijn groot. Alles moet bij hem wijken voor het schaatsen en hij droomt alleen maar van het allerhoogste. Dat keert zich soms tegen hem. Omdat hij zo gefixeerd is op het doel en niet genoeg bezig is met de weg náár dat doel toe. Na de sprint van gisteren was het daarom vooral zaak om hem weer ‘klaar te stomen’ voor de vijf kilometer. Dat lukte wonderwel. Hans Veldkamp stuurde hem terug naar het hotel. Om zijn schaatsen te slijpen. Eventjes met zijn broer te praten. Vreugdenhil kwam terug en verbaasde zichzelf tenslotte ook op de tweede afstand (twaalfde), waarbij hij voor het eerst voelde hoe het is om ‘gedragen’ te worden door het publiek. “Tijdens de 500 meter was het nog stilletjes toen ik in actie kwam. Maar na die medaille kenden ze me opeens. Heerlijk was dat”.
Kwalificatie
Vreugdenhils volgende doel is nu kwalificatie voor het WK-allround in Heerenveen. Daarvoor moet hij bij de eerste twaalf eindigen. Dat lijkt gezien zijn tweede plaats in het klassement na twee afstanden een gemakkelijke opgave, maar is het zeker niet.