Daar waar vorig jaar nog in een haven het water van de Merwede kabbelde, daar verrijst nu een enorme fabriek. In week twee van dit jaar werd er begonnen met de bouw van een nieuwe fabriek van Vreugdenhil Dairy Foods. Pal naast de oude fabriek, die ook gewoon door blijft gaan met het produceren van alles wat met melkpoeders en zuivelingrediënten te maken heeft. “Om de groeiende wereldbevolking te blijven voeden, was het nodig om uit te breiden”, vertelt Eelko Hoekstra van Vreugdenhil Dairy Foods.
Nederland en Nieuw-Zeeland, qua oppervlakte niet de grootste landen ter wereld, maar wel wat betreft het produceren van melkpoeders en zuivelingrediënten. “Het zijn de enige gebieden die in grote hoeveelheden en in goede kwaliteit melkpoeders kunnen produceren”, legt Eelko uit. Waarom er voor gekozen is om wederom een fabriek in Gorinchem te bouwen, is volgens Eelko logisch. “We zouden er voor kunnen kiezen om een fabriek te bouwen tussen onze productie-eenheden in Gorinchem en Friesland zodat we er drie verspreid hebben over Nederland. Maar ten eerste is deze grond van ons, ten tweede was met de gedempte haven net de grond opnieuw ingericht en ten slotte ligt Gorinchem natuurlijk vlakbij de havens van Rotterdam en Antwerpen.”
Die perfecte ligging tussen de twee havens vormt het grootste voordeel. Volgens Eelko wordt er namelijk niets over de weg vervoerd, maar des te meer over het water: “Wij exporteren alles naar buiten Europa. En dat in enorme hoeveelheden. Dat is de reden dat we alles via boten transporteren. Dat scheelt enorm veel vrachtwagens.”
Het typeert meteen het milieubewuste ondernemen van het bedrijf. Het bedrijf, dat is uitgerust met een MVO- certificaat (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen), heeft daarbij ook rekening gehouden bij de nieuwbouw. “We hebben bij de bouw van de nieuwe fabriek de nieuwste systemen gebruikt wat betreft hygiëne en techniek. Met die nieuwe systemen lopen we vier jaar vooruit op de vernieuwde normen waar bedrijven in 2018 aan moeten voldoen. Dat is ook een van de redenen geweest dat er is gekozen voor nieuwbouw in plaats van uitbreiding. En bovendien moest de oude fabriek ook draaiende blijven.”, legt Eelko uit.
Met de nieuwe fabriek, die ruimte biedt voor uitbreiding, ontstaan er dertig tot veertig nieuwe arbeidsplaatsen. Die zullen volgens Eelko vooral gevuld gaan worden met personeel dat door het bedrijf zelf omgeschoold zal worden. Dat personeel kan ongeveer vanaf mei volgend jaar aan de slag. Dan verwacht het bedrijf te kunnen gaan produceren. Tot die tijd hoopt Eelko dat de bouw volgens schema blijft verlopen: “Het is erg snel gegaan, mede dankzij de uitstekende medewerking van gemeente, provincie en Rijkswaterstaat. Die samenwerking was echt een voorbeeld voor hoe het moet”, sluit Eelko tevreden af.